Verandering? Waarom is het nodig? Waarom wil de een niets liever dan veranderen en duwt de ander de hakken
al in de sloot zodra het woord genoemd wordt? Wat is toch die weerstand op verandering? Waarom
willen wij graag dat dingen hetzelfde blijven? Waarom verschilt dit zo per mens?
Al jaren ben ik me hierin aan het verdiepen. Waarom? Omdat het me enorm bezighoudt. Ik loop hier namelijk
met regelmaat tegenaan. Ik ben namelijk één van die mensen die graag vernieuwd en altijd op zoek is naar hoe
dingen beter, slimmer, anders kunnen. Ik vind dingen ook snel saai. Dit is best lastig. Waarom? Omdat ik dus niet snel tevreden ben en erg onrustig.
Maar ook omdat veel mensen dit echt helemaal niet zijn. Het lijkt of zij sowieso tegen
verandering en vernieuwing zijn, vaak zonder te weten wat het eigenlijk inhoudt. Daarnaast
is er natuurlijk een hele grote middengroep die niet tegen verandering is, maar er ook niet
direct om staat te springen.
Die groep die vol tegen verandering en vernieuwing is of lijkt te zijn, zitten – zoals je kunt
verwachten – in mijn ‘allergie gebied’. Ik zit dit trouwens ook bij hen hoor, dus ik bedoel dit
niet als verwijt. Dit komt gewoon omdat wij als mensen anders in elkaar zitten. Maar ik
merk wel dat het mij enorm frustreert. Dit is dus de reden dat ik me hierin aan het
verdiepen ben. Ik heb er veel over gelezen en er zijn allerlei theorieën over
verandermanagement die mij in elk geval hebben doen beseffen dat ik die mensen niet
meekrijg hoe hard ik ook mijn best doe. Dit zorgt wel voor iets meer rust. De eerste
primaire reactie is wel irritatie, maar ik probeer daar niet direct op te reageren, maar even
stil te staan en na te denken waar het vandaan komt.
Ook vraag ik nu advies aan anderen als ik bijvoorbeeld een voorstel doe en ik stuit op
weerstand. Ik probeer aan iemand, die wat neutraler is, dus niet die kartrekker zoals ik (die
volgens anderen alleen maar wil veranderen om het veranderen) en ook niet die karhanger
(die volgens anderen sowieso niets wil), maar degene die een beetje in het midden zit. Ik
vraag dan of er in het voorstel iets zit, in mijn bewoordingen bijvoorbeeld wat voor
weerstand zorgt of ik vraag die ander wat ik zou kunnen veranderen om de weerstand
kleiner te maken. Ik merk wel dat dit zijn vruchten afwerpt als ik iets meer de tijd neem en
probeer het iets zorgvuldiger aan te pakken, in plaats van volle kracht vooruit wat ik het
liefste zou doen.
Eerder begreep ik echt niet waar die weerstand vandaan kwam en dit zorgde bij mij voor
onbegrip. Maar door mij hierin te verdiepen en te lezen over allerlei verschillende type
mensen, bijvoorbeeld in een boek over DISC, begrijp ik anderen iets beter. Eerder dacht ik
echt dat ik omringd werd door ‘idioten’, maar nu ik dit boek aan het lezen ben besef ik dat
ik óók een idioot ben, maar dan voor één van die andere kleuren. In het boek wordt
trouwens wel gezegd dat de ‘rode’ personen het vaakst het gevoel hebben omringd te
worden door idioten. Het zal jullie misschien niet verbazen dat ik dus nogal rood ben.
Daarentegen denk ik ook dat bepaalde werkplekken misschien beter geschikt zijn voor de
een dan voor de ander.
Om nu onze school als voorbeeld te nemen, wij schuwen geen verandering en
vernieuwing. Dat is voor mij bijvoorbeeld één van de redenen dat ik hier nog steeds (bijna)
elke dag met plezier naar mijn werk ga. En dat dit de eerste werkgever is waar ik het zo
lang volhoud. Maar dit betekent ook dat als je niet van verandering en vernieuwing houdt
je het hier best wel eens zwaar kan hebben. En de vraag is dan; ben je hier tegen bestand
of past een iets traditionelere school dan beter bij je? Ik heb het antwoord niet voor je,
maar ik denk wel dat het goed is om eens bij stil te staan.
O ja, ik ben trouwens ook blauw wat je misschien minder verwacht, maar ik verander niet
alleen om het veranderen, daar is echt eerst wel goed over nagedacht. En bij de
karhangers onder jullie zit ook een verhaal dus ik wil hier niemand mee voor het hoofd
stoten, hooguit wakker schudden. Fijne vakantie!
Reactie plaatsen
Reacties